Zoveel restaurants, zoveel vispannetjes. Het is een superklassieker!
Deze, na zoveel verschillende te hebben geprobeerd, was het lichtst verteerbaar en het lekkerst!
Recept
« Terug naar recepten
Het zoveelste vispannetje
PT60M
Het zoveelste vispannetje
Een heerlijk het zoveelste vispannetje recept uit de belgische keuken wat echt de moeite waard is om uit te proberen.
Recept van:
Willy Delcart
Bereidingstijd:
60 min
Personen:
4 personen
Categorieën:
Bevat per éénpersoons portie:
Waardering:
Herkomst:
Belgie
Keuken:
Belgische
Bron:
SOS PIET
Kan worden ingevroren:
Ja
Geplaatst op:
Bereiding
Hoe Het zoveelste vispannetje te bereiden
1. Maak in een brede steelpan een dikke blonde saus met boter, bloem en water. Zet de pan weg van het vuur. Voeg wat witte wijn en eventueel wat groente- of visbouillon toe. Snijd de champignons in fijne schijfjes en kook ze op zacht vuur in de saus.
2. Kruid de dikke moten vis met peper en zout. Klop de eierdooiers los in de room en voeg al roerend in de saus. De saus mag echt niet meer koken of de eieren zullen de saus doen schiften. Houd de saus tegen het kookpunt aan, kruid ze bij met peper en zout.
3. Leg de dikke stukken vis in de saus en overstrooi met de garnalen. Niet roeren zodat de vis niet in stukken valt. Laat de vis zachtjes in de saus pocheren. Na 3 à 4 minuten kan je even voorzichtig in de vis voelen met een dunne priem.
4. Haal de (bijna gare vis) uit de saus en verdeel die over de pannetjes. Roer nu de saus goed om, kruid nog wat bij en verbeter ze met citroensap.
5. Verdeel de saus over de pannetjes en bestrooi met wat gemalen kaas. Plaats de pannetjes nog een kwartiertje in een warme oven (150°). Gratineer de kaas tot lichtbruin.
6. Serveer met aardappelpuree in een apart potje of met knapperig stokbrood.
2. Kruid de dikke moten vis met peper en zout. Klop de eierdooiers los in de room en voeg al roerend in de saus. De saus mag echt niet meer koken of de eieren zullen de saus doen schiften. Houd de saus tegen het kookpunt aan, kruid ze bij met peper en zout.
3. Leg de dikke stukken vis in de saus en overstrooi met de garnalen. Niet roeren zodat de vis niet in stukken valt. Laat de vis zachtjes in de saus pocheren. Na 3 à 4 minuten kan je even voorzichtig in de vis voelen met een dunne priem.
4. Haal de (bijna gare vis) uit de saus en verdeel die over de pannetjes. Roer nu de saus goed om, kruid nog wat bij en verbeter ze met citroensap.
5. Verdeel de saus over de pannetjes en bestrooi met wat gemalen kaas. Plaats de pannetjes nog een kwartiertje in een warme oven (150°). Gratineer de kaas tot lichtbruin.
6. Serveer met aardappelpuree in een apart potje of met knapperig stokbrood.
fam zegt: