Pendikosti

1. Verwarm de oven voor op 190 graden. Leg de perziken in een grote kom en schenk er kokend water op tot ze onderstaan. Laat ze 1 minuut staan, giet ze af en verwijder de schil. Rol de perziken door het citroensap om te voorkomen dat ze bruin worden. Uiteraard kunnen ook perziken uit blik genomen worden, makkelijker maar minder “fruitig”.
2. Verdeel de marsepein in zes stukken en maak daar rondjes van. Snijd de perziken doormidden en verwijder hun pit. Vul het gat in elke perzik met een rondje marsepein.
3. Neem plakjes bladerdeeg en ga er flink met een deegroller overheen zodat de oorspronkelijke plak twee keer zo groot wordt. Snijd er(door er een kopje op zijn kop in te drukken) zes rondjes uit, die in doorsnee net wat groter zijn dan een halve perzik. Er moet dus een randje overblijven als de perzik er op ligt, zodat je het pakketje later dicht kan plakken.
4. Snijd de rest van het deeg in een rasterpatroon. Als je dat niet hebt, maak dan kleine sneedjes in rijen in de lap deeg. Begin elke rij net iets lager dan de vorige. Snijd het deeg in zes gelijike stukken.
5. Maak de randen van de deegrondjes vochig met water en leg dan een vierkant stukje rasterdeeg over elke halve perzik. Druk het deeg langs de randen aan met een vork en verwijder overtollig deeg. Leg de pakketjes op een vel bakpapier. Bestrijk ze met losgeklopt ei en bestrooi ze met wat basterdzuiker. Bak ze in ongeveer 20 minuten goudbruin in de oven op 190 graden.
6. Voor de karamelsaus:
Verhit de suiker met het water in een kleine pan tot de suiker is opgelost. Breng het mengsel aan de kook en laat het sudderen tot de siroop in een goudbruine massa verandert. Doe een stap achteruit en voeg de room toe. Pas op, het gaat enorm spetteren! Zo voorzichtig mogelijk toevoegen. Verwarm de saus geleidelijk en roer tot hij glad is.