Rode gerookte bietjes

Maak eerst de ricotta:
Verwarm de melk met het citroensap en ’t zout tot de melk schift. Laat ’m dan 3 minuten zacht koken, zodat de wei (het heldere deel) zich goed scheidt van de wrongel (het witte deel).

Giet alles door een schone kaasdoek die u in een zeef hebt gelegd. Vang de wei op in een kom eronder, want daarmee kunt u soda bread bakken. Wring de wrongel in het kaasdoek zo goed mogelijk uit en zet het doek met de ricotta terug in de zeef op een kom en zet het 1 uur in de koelkast om af te koelen.
Hussel de bietenpartjes in een kom met de olie, tijm, peper en zout. Spreid ze uit over het rek van de rookoven en rook ze 20 minuten op zacht vuur.

Verdeel ze daarna over vier borden.

Voor de dressing:
2 tenen (meegerookte) knoflook

1 eetl. mierikswortel uit een potje of ½ eetl. vers geraspte mierikswortel
4 eetl. (sherry)azijn

100 ml druivenpit olie of een andere lichte plantaardige olie
peper uit de molen en zout
Sla de tenen knoflook plat zodat u de velletjes gemakkelijk kunt verwijderen.

Doe ze met de mierikswortel en de azijn in een blender of keukenmachine en pureer ze glad. Giet de olie er al draaiende bij en dan de kruiden. Als de dressing dik en wit is kunt u het op smaak brengen met zout en peper.
Pluk de kruiden (platte peterselie, dille, zeker veel kervel, bieslook, basilicum) en hussel ze met de sla in een kom. Schep de dressing erdoor met schone handen en verdeel de salade over de borden. Dien gelijk op